Nordkappje en het x-aantal rendieren - Reisverslag uit Skarsvåg, Noorwegen van Richard Dijke - WaarBenJij.nu Nordkappje en het x-aantal rendieren - Reisverslag uit Skarsvåg, Noorwegen van Richard Dijke - WaarBenJij.nu

Nordkappje en het x-aantal rendieren

Door: Richard van Dijke

Blijf op de hoogte en volg Richard

13 Augustus 2017 | Noorwegen, Skarsvåg


Er was een bus gearriveerd op de camping in Hirtshals met 50 Duitse pubers. Ze ontdekten de recreatiezaal waarin ik zat en overmeesterden het. Toen er ook slaapzakken tevoorschijn kwamen gaf ik me gewonnen en keerde terug naar mijn tent. In de ochtend was de situatie in de zaal ongewijzigd en ontbeet ik in de doucheruimte bij een wasbak, terwijl ik internette en stroom laadde. Mogelijk werd ik als zonderling type beschouwd, maar misschien ben ik dat onderhand ook. Het had geregend, mijn was was niet droog en in natte kleding vertrok ik, dat was beter dan natte was in de fietstassen stoppen. Ik moest een dagje stukslaan in de bossen en langs de stranden in de omgeving want mijn boot naar Kristiansand in Noorwegen zou om 23.30 uur vertrekken. Ik kwam de dag prima door, maar kon dit niet zeggen van de avond. Er stond een forse wind en dit zou een flinke vertraging tot gevolg hebben omdat de boot op heen- en terugreis een andere route moest nemen. Ik denk dat we uiteindelijk om 2.30 uur vertrokken. Er gold een rookverbod maar toch hing er een verschaalde rooklucht in de hoek waar ik zat en ik ging eens kijken of er elders een zitplek in wat schonere lucht was. Lopen was een stevige uitdaging op dit deinende schip en waar ik ook keek zaten mensen, op trappen, op de grond, en verscheidene van hen hadden een braakzakje voor hun gezicht. Met een fraai staaltje acrobatiek keerde ik onverrichterzake terug naar mijn zitplaats en hoopte er het beste van. Het was ijdele hoop, ik zou ruim een week last houden van mijn longen.

Tegen zessen fietste ik de plank af en ik zou wel zien hoe ver ik vandaag kwam. Dat was niet ver. Na een ontbijt in een bushokje leek het me raadzaam eerst wat bij te slapen voor ik met die zware bepakking verder fietste. Ik had namelijk fors gehamsterd voor ik Noorwegen, berucht om zijn hoge prijzen, inreed; ik had voor minstens een week voedsel en limonade bij me (achteraf bleek dat de Deense Lidl, die twee keer zo duur is als de Nederlandse, niet of nauwelijks goedkoper is dan de Noorse Kiwi). Links en rechts van me was een bergwand, er was een rivier, en tussen weg en rivier was wat groen waar de tent kon staan; met moeite want de grond was nogal oneffen. Ik was in ieder geval blij dat ik dan eindelijk legaal kon wildkamperen. En ook was ik blij dat ik een aantal uur later kon fietsen zonder nog last te hebben van die verschrikkelijke wind in de kop van Denemarken. Ik ging route 9 volgen door het Setesdal, maar ontdekte snel de fietsvariant, de 3, die zonder veel extra kilometers rond de 9 slingerde en vaak een mooi uitzicht bood op bos en meren. Na anderhalve dag fietsen viel het me op dat er best veel huizen in de natuur staan. Je mag als toerist vrij kamperen in de natuur, maar blijkbaar mag je als Noor ook overal wonen in de natuur. En dat doen ze nogal gretig. Volkomen begrijpelijk, ik zou ook liever in het bos wonen dan in een flat in Oslo, maar het gevolg is wel dat de natuur nogal gerept is in Noorwegen. Wel vond ik wat ongerepte natuur tussen mijn tenen, daar zat zowaar een teek. Hoe die daar was beland was me een raadsel. Dit was al teek 3 dit jaar, maar al gingen ze door tot teek 99, ik zou iedere (bloed)opname vergallen. Met een pincet. Ik had een lek in mijn slaapmat en poogde in een rivier het lek te vinden, maar blijkbaar was het lek zo klein dat het meer dan 15 minuten kostte om een luchtbel te fabriceren. Ik moest het er mee doen, maar was vorig jaar in Thailand al gehard toen ik zonder mat op betonnen vloeren sliep. De bergwanden met dennen en de meren van het Setesdal kwamen langzaam ten einde en via een reeks haarspeldbochten daalde ik af naar Haugeli waar ik me oriënteerde op het vervolg van mijn route. Ik voelde al aan dat ik na zo'n lange afdaling weer mocht gaan klimmen en dat was correct. Aan het eind van de dag bevond ik mij in de situatie dat ik op het moment dat ik wilde stoppen juist gedwongen was alsmaar te blijven klimmen door bewoond gebied. Je mag hier dan wel overal kamperen, maar niet binnen een straal van 150 meter van een huis. Maar ik kreeg het idee dat in de meeste gebieden in Noorwegen niet meer dan 60 meter ruimte tussen twee huizen ligt. Ik kreeg last van het dodemusgevoel. Het was al de tweede avond op rij dat mijn tent uiteindelijk weggemoffeld stond in een dubieus hoekje, en de droom van kamperen op de meest schitterende locaties vervaagde in snel tempo. Dit moest niet te lang doorgaan.
Ik pauzeerde in het plaatsje Ruykan. Terwijl ik calorieën tankte op een bankje zag ik een Bulgaarse Freddie Mercury met zijn vriend door de straat lopen. Zijn verschijning stak schril af tegen dat van de Tunesiërs, Oegandezen, Zimbabwanen, Kameroeners, Nigerianen en Egyptenaren. Noorwegen doet niet flauw als het gaat om de verwelkoming van migranten. Ik nam een korte route naar een weg die me verder noordwaarts zou leiden en een verkorte route betekende hard werken, hitte, zweten en vliegen, maar ik reed tot boven de boomgrens naar een mooie hoogvlakte met struikjes, mos en gras en hier wilde ik de nacht doorbrengen voor ik weer af zou dalen naar Bungalowpark Noorwegen. Ik kwam bedrogen uit. Hijgend bereikte ik de pas en bevond mij daar tussen pakweg 40 woningen. 'Opbokken met die huizen', zei ik. 'Bokk selv opp', zei een huis op raak te verstane wijze (al mijn schrijfselen zijn fictie). Ik moest nog lang doorfietsen voor ik een gebied bereikte waar geen bewoning was, al was dat wel met zicht op een meer. Toch kwam 's avonds de twijfel. Ik dacht na over een vluchtpoging naar Zweden. Eigenlijk wist ik het al vantevoren. Ik had jaren geleden op Google Maps al eens op pakweg 20 locaties in Noorwegen ingezoomd, en 19 keer was het eerste dat ik zag een huis. 'Niet mijn ding', dacht ik toen. Maar door het enthousiasme van velen in de loop der jaren was ik gaan denken: 'Misschien valt het mee'. Maar statistieken liegen niet, 19 gedeeld door 20 betekent 95% kans op bewoning op een willekeurige plek. En dat is niet wat ik zoek in het buitenland, tenzij er veel gunstige voorzieningen tegenover staan, zoals de parken, stroom en wifi in Japan.
Het mooie weer, dat lange tijd zo vanzelfsprekend was geweest, hield op. Vanaf nu werd regen weer heel gewoon. Van regen wordt je niet alleen nat, zeker als je de gebrekkige kwaliteit van de meeste outdoor regenkleding in ogenschouw neemt, maar je kunt er ook ziek van worden als je er te lang in doorrijd, en je gaat er van stinken: frisheid wordt vervangen door mufheid en de normaal gesproken regiogebonden geuren, zoals die in de onderbroek, verspreiden zich door de overige kleding.
Ik rolde naar de hoofdweg en moest over drie flinke heuvels klimmen naar Geilo. Voordeel van de ingetreden kou was dat mijn cola beter smaakte, dat ik er meer van dronk en aldus een groter shot cafeïne binnen kreeg en meer energie had. Eigenlijk was het geen cola. Het was brus med colasmak. Na 23 km op een net even te drukke route bereikte ik de afslag naar de Rallarvegen, één van de bekendste en meest bejubelde fietsroutes van Noorwegen. In de namiddag en vroege avond reed ik de eerste 20 van de ca. 80 km door een redelijk mooi gebied met grasland dat me deed denken aan de hoogvlakten van Kirgizië. Wel was er weer volop bewoning, en met wat moeite vond ik twee huizen die ver genoeg uiteen stonden om er legaal tussen te kunnen staan. Ik had een fietsroute door een geïsoleerd gebied verwacht, maar alle idyllische locaties waren bezet gebied.
Mijn enkels waren gezwollen. Vanaf dag één in Noorwegen waren er muggen, en nu begonnen ze een serieus plaagje te worden. Ik haalde de muggenmelk, ooit aangeschaft in Thailand, maar eens uit mijn bagage.
Toen ik de volgende ochtend weer op de fiets zat beviel het me al vrij snel helemaal niet meer hier. Ik keek op de kaart wat de ontsnappingsmogelijkheden waren, maar ik kon alleen voor- of achteruit. In vijf minuten oriënteren werd ik gepasseerd door drie duo's en één gezin, allen op de fiets. In wat voor kermis was ik verzeild geraakt? Ik wilde ter plekke omkeren. Maar toen zag ik dat ik al bijna halverwege was en leek het me beter de rit uit te zitten. Gelukkig werd de omgeving ruiger, nam de bewoning af, was er sneeuw, ook over de weg, en eenmaal moest ik de fiets afladen en bagage en fiets naar het punt tillen waar het pad verder ging. Dat leek er al meer op. Na bergvlakten en sneeuwvelden bereikte ik Myrdal waar een zeer steile afdaling begon. Er was een wandelwedstrijd gaande; er kwamen me allemaal genummerde wandelaars tegemoet lopen, en toen ik na een indrukwekkende reeks haarspeldbochten beneden was bleek de wandelwedstrijd een hardloopwedstrijd te zijn. Ik gleed nog verder door tot het einde van de Rallarvegen en bereikte Flåm, gelegen aan een meer. Er was een tunnel van 24 km maar daar mocht ik niet in en dus moest ik een stukje klimmen. Het was 17.40 uur, ik had nog wat tijd dus ik ging alvast een stukje van de klim doen. Dat stukje werd alsmaar groter. Na 500m klimmen pauzeerde ik even en stoomde door, langs een Indiaas stel dat met een huwelijksfotosessie bezig was, uit het dal, via haarspeldbochten tot boven de boomgrens, tot boven de huizengrens, onder aanmoediging van passanten en kampeerders, tot de eerste sneeuw in zicht kwam. Ik was gebrand de top te halen, de hoogtes waren op de weg gekalkt:1200m, 1300m en jawel... 'Well done' stond er op de weg. Ik was er. Het was 21.40 uur en ik had het grootste deel van de Rallarvegen gereden én er nog 'even' een klim van ruim 1300m achteraan geplakt. Tussen de smeltende sneeuw zette ik de tent op en voelde me heel wat beter dan in de ochtend. De prestatie had de teleurstelling verdreven.
Ik daalde af langs blauwe meren en sneeuw en summier begroeide weiden. Ik groette een meisje dat langs de weg liep met een enorme rugzak. Ze had een hond bij zich die zijn eigen zijtassen droeg, als een ezeltje. Het zijn van die alleraardigste details die je tegenkomt als fietser. Minder vrolijk werd ik van de naderende zwarte bewolking en terwijl het al regende zocht ik tijdens een nieuwe klim volop naar een geschikte plek om mijn tent op te zetten om te kunnen schuilen maar overal was klotsgrond met drassig gras en ik was genoodzaakt verder te rijden in inmiddels natte kleding. Er naderde een afdaling en hier hield het op. Afdalen in kou in natte kleding is vragen om een longontsteking. Maar toen hield de regen op, verruilde ik het natte shirt voor een droge sweater en reed verder. Er volgde na de afdaling weer een lange klim die me naar een prachtige hoogvlakte voerde en ik kampeerde die avond bij een meer. Zo zag ik het graag. Ik verzon een nieuwe strategie tegen de muggen, want bij nader inzien leek het dagelijks aanbrengen van muggenmelk me geen gezond idee als je nagaat dat ik me hier maar eens in de tien dagen was. Iedere aanraking van mijn huid betekende een dosis gif aan mijn vingers, als ik het spul überhaupt al van mijn vingers kreeg na het aanbrengen op de huid. Nee, mijn nieuwe motto werd: 'Stilstaan? Regenpak aan.' Een regenpak is namelijk een adequaat middel tegen insecten. Tegen regen helpt een regenpak zoals ik eerder vermeldde nauwelijks. Je vraagt je af waarom het eigenlijk regenpak heet en geen insectenpak.
Ik bereikte de E6, de weg die me bijna tot aan de Noordkaap moest gaan leiden. Het was een aangenaam rustige weg, maar men had er iets rampzaligs mee uitgevoerd. Er was een geul in getrokken en in die geul was een ribbelmarkering gelegd. Behalve een acht cm ribbelige streep waar niet prettig over te fietsen viel was er dus links en rechts acht cm geul. Da's 24 cm nauwelijks bruikbare weg. Rechts van de geul was geen ruimte, dus moest ik óf in de geul rijden óf een eind links ervan. En Noorse wegen zijn al zo krap; het beeld van fietsen in Noorwegen dat mij bij zal blijven is de auto die me voorbijkruipt nadat er tegenliggers zijn gepasseerd. Als de Noorse verkeersstatistieken voor 2017 bekend worden gemaakt staat er onder de kop 'Oorzaken verkeersopstoppingen': 3. Ongevallen 2. Schapen 1. Richard.
Ja, schapen lopen hier ook geregeld op de weg. Zoals u misschien weet begroet ik ze geregeld. Je ziet zo'n schaap dan soms denken: 'Hij spreekt onze taal maar heeft nochtans een menselijke gedaante. Wat frappant.' Edoch, om terug te keren naar de E6, of eigenlijk juist niet: er kwam bij dat ik van de E6 werd geweerd zodra er een alternatief was, en de alternatieve route betekende meestal dat ik ter plekke een paar honderd meter omhoog moest, door boerenland. Toen ik weer eens op een schaars stukje vlakke grond stond, vlak buiten de bewoning, vroeg ik me af hoe lang ik hier nog mee door ging. Wat zou ik graag weer eens pakweg 50 km door de natuur rijden. Of 2000, mag ook. En in normaal weer, want inmiddels werd grijs de basiskleur. Ik nam een dag rust op een camping. En ik nam een besluit. Ik ging naar Zweden.

En zo zette ik koers naar het oosten. Ik klom 700m, naar waar de wereld mooi was. Ik kwam iets heel bijzonders tegen: een gravelweg waar tol geheven werd, en niet zo zuinig ook: 10 euro voor een paar km. Gelukkig hoeven fietsers nooit tol te betalen. Twee dagen later was ik in Zweden. Als ik Noorwegen in twee woorden zou moeten beschrijven, zou ik kiezen voor ontegenzeglijk en onmiskenbaar. Want Noorwegen is ontegenzeglijk mooi en onmiskenbaar rustig en veilig. Maar toch gewoon niet mijn ding. Ik lunchte bij een meertje en kreeg te maken met een enorme hoeveelheid muggen; insectenpak en vliegennet werden nu echt mijn standaarduitrusting als ik niet fietste en niet in mijn tent was. Ik kreeg veel bos om me heen, de bewoning verdween uit beeld, soms werd het bos afgewisseld met een meer of vijver, of een weide. In Noorwegen zag ik veel waarschuwingsborden voor herten, in Zweden zijn écht herten. En een vos schrok van mijn aanwezigheid en rende met een prooi in zijn bek weg. Hier was de natuur weer echt natuur. De somberheid en de twijfel verdampten en ik leefde helemaal op. Ik genoot weer van wat ik deed. De grijsheid liet ik achter me en ik kreeg er schitterend weer voor terug. Ik reed naar de E45, de Zweedse tegenhanger van de E6. Nu ging déze weg me naar het noorden brengen. De eerste kennismaking was niet goed, want de E45 ging hier niet door natuur. Ik nam een alternatief maar reed 100 km langs landbouwgrond en door dorpen. Had ik de juiste beslissing genomen door van land te wisselen? Op een nieuwe zonnige dag bereikte ik de stad Östersund. Kebabzaken, een moskee, gehoofddoekte Somalische vrouwen. Zweden doet niet flauw als het gaat om de verwelkoming van migranten. En er was een Lidl. De eerste sinds Denemarken en meteen de laatste voorlopig, want er lag er geeneen meer op mijn route in Zweden. Daarom heb ik me schandalig uitgeleefd (appelkruimeltaart, slagroom, etc.). Met een halve kar aan boodschappen verliet ik de winkel en moest al mijn fantasie aanwenden om alle producten te herbergen in mijn bagage. Daarna mocht ik opnieuw leren fietsen. Topzwaar balanceerde ik in de richting van de E45, maar werd tot mijn schrik geweerd door een verkeersbord. Gelukkig mocht ik er een aantal kilometer verder wel op, en de verkeersdrukte nam snel af naarmate ik noordelijker kwam. Er kwam meer rust, meer ruimte en ik reed weer door de bossen. Ik had nu een heel gunstig vooruitzicht: één lange weg die alleen maar rustiger werd, dagen achtereen op plezierige wijze in de goede richting. Het was wel wennen aan het weer. Op de prachtigste momenten kun je plots vanuit een willekeurige windrichting de meest dramatische zwarte bewolking aan zien komen drijven en dan is het volstrekt onduidelijk wat er gaat gebeuren. Soms regende het inderdaad, soms waaide de bewolking de andere kant op, soms zat er geen regen in de zwarte bewolking maar wel in de grijze nasleep. Ik heb geregeld mijn tent opgezet om voorbereid te zijn op het ergste, meestal voor niets. Soms regende ik alsnog doornat na de tent ingepakt te hebben. Maar vrijwel altijd scheen na een uur of wat de zon weer.
Al heel snel was ik in Lapland, veel eerder dan ik verwachtte. En ik kwam vlot noordelijker. Toen ik eens om vier uur 's nachts wakker werd en niet meer kon slapen ben ik maar gewoon gaan fietsen en reed die dag 191 km; voor het eerst sinds 2014 in Australië reed ik weer eens een lange afstand. Een dag later zag ik een eland op de weg. Iets verderop kwam een man het bos uit met een kan met een bodempje verzamelde vruchten, het waren een soort perzikkleurige bramen. Hij liet me er een paar proeven. Ze smaakten naar bosvruchten. Goed, laat ik iets specifieker zijn, het waren bramen met een volle smaak. De man sprak over de rendieren die ik zou gaan zien, en toen ik weer fietste realiseerde ik me dat ik geen eland had gezien maar een rendier. Vanaf dat moment zou ik ze inderdaad geregeld zien, op en langs de weg, alleen of in kuddes. De vorige dagen had ik 's avonds de weg bijna voor mezelf gehad, nu overdag ook. Ik genoot volop van de omgeving. Er was weinig variatie, maar dat maakte me niet uit. Wel maakte de klotsgrond van de vorige dagen langzaamaan plaats voor vlakkere grond, dus het vinden van een kampeerplek werd eenvoudiger. Ik zag op de kaart dat ik inmiddels noordelijker zat dan IJsland, maar de weersomstandigheden waren beduidend beter. Zelfs zo goed dat ik de volgende ochtend voor het eerst sinds lange tijd de buitentent moest openritsen omdat het te heet werd in de tent. En dat terwijl ik die ochtend na acht km fietsen de poolcirkel bereikte. Ik hing er even rond, praatte wat met een Engelse motorrijder en reed zeven km door naar Jokkmokk voor een dagje camping. Toen ik na een dag fietsen weer een nacht in de natuur had geslapen had ik een record aantal muggen in mijn tent, ik schatte dat het er 800 waren. U mag ze tellen als u wilt, ik zal een foto bijvoegen. Ik was blij dat ze zich tussen de binnen- en buitentent bevonden en niet in de binnentent.

Hierna volgde al weer mijn laatste dag in Zweden. Rond zes uur in de avond reed ik na 116 km een brug over en trad daarmee Finland binnen. Het was maar een klein reepje Finland, een reepje van 100 km, daarna volgde een gedwongen terugkeer naar het bungalowpark. Bijna het hele Finse traject lag in een nationaal park. Het leek wel wat op een duingebied, maar bij nadere inspectie was het zand lichtkleurige begroeiing. Ik reed lang door op deze dag en wist eigenlijk niet wat ik moest verwachten van de nacht. Werd het kortstondig donker of bleef het licht? Normaal sliep ik namelijk rond dit tijdstip. Ik zocht naar aanwijzingen. Was die bal de maan of de zon? Dat licht aan de horizon, was dat het laatste of het eerste licht? Uiteindelijk ging het toch schemeren en de bal was de maan. Ik deed een lampje op de fiets en reed door, de nacht in. Ik had een missie. Nu ik er bijna was wilde ik door, die recordafstand uit Australië moest eraan. En één km voor de Noorse grens was het zo ver. Er stonden 215 kms op de teller en ik kon mijn tent in. Missie geslaagd.
De zon scheen op mijn tent en goed ook. Dat was iets waar muggen blijkbaar niet tegen kunnen. Diverse exemplaren legden het loodje en van één ervan volgde ik het stervensproces. Ik vinkte 'Mug zien sterven' aan op mijn bucket list en zelf was ik ook niet helemaal onaangedaan door de hitte. Druipend van het zweet deed ik mijn kleren aan en zag er tegenop om ook mijn insectenkleding aan te moeten trekken tegen de nog levende muggen in de buitenwereld. Ingepakt smeerde ik een ketting en pompte en passant mijn achterband wat bij. Dat was dom. If it ain't broke, don't fix it. Een kilometer verder bij de grens was mijn band lek. Ik had mij juist ontdaan van mijn insectenpak en vliegennet en kon nu alles weer aantrekken want ik had een klusje te doen. Een lekke band komt bij mij nooit alleen. Er loopt een rem aan of ik stoot een remblokje los, en dit maal was mijn ketting van het kleinste kettingblad gevallen en zat direct muurvast. Deze hele, tamelijk nutteloze operatie van het verhelpen van een onvindbaar lek na het oppompen van een band (ik had toch echt het ventiel goed aangedraaid) kostte inclusief handen reinigen toch weer ruim een uur. Maar ik kon verder.

Ik reed Noorwegen in, en fietste langs een drassig landschap met struiken, boompjes, heide en mos. Later nam de natuur wat fraaiere vormen aan en trof ik ook weer overal houten bouwsels aan. De muggenpopulatie nam af. Een Oostenrijker te fiets reed plots naast me. Hij was in zijn thuisland gestart en dit was dag 13, hij reed gemiddeld 300 km/d. Het zette mijn 215 km in een ander perspectief, al reed hij op een racefiets, had hij drie boterhamzakjes met bagage bij zich en dus niet de neiging om zoals ik voor een week eten mee te zeulen. De volgende dag was ik nog maar 211 km van de Noordkaap verwijderd en toen ik om vijf uur wakker werd was mijn motivatie groter dan anders. Ik negeerde de miezerregen en vertrok, en binnen enkele kilometers had ik daar al spijt van. De regen werd erger en ik vreesde binnen het uur mijn tent weer op te moeten zetten. Waarom was ik niet blijven liggen? Met een nat shirt onder mijn insectenjas reed ik door, het was gelukkig niet al te koud. En later werd het droog, ik deed een sweater aan en vanaf dat moment dacht ik: 'Ik ga vandaag die kaap halen'. Ik reed en reed, door het binnenland en langs een lang stuk kust, en na lang fietsen zag ik water voor me en een stadje aan de overkant. Het was me duidelijk. Dat moest Honningsvåg zijn op het eiland waarop de Noordkaap ligt, en dus naderde ik de gevreesde Noordkaaptunnel. Die tunnel had mede door de verhalen van medefietsers de afgelopen dagen mythische proporties gekregen. Een tunnel van bijna 7 km lang, met een afdaling tot 200m diepte, gevolgd door een stijging van 3,5 km tegen een helling van maar liefst 9%, onder angstaanjagend lawaai en mogelijk in mist. Toen het onopvallende gat in de berg zich presenteerde prepareerde ik me zo goed mogelijk met verlichting en fluorescerende kleding, en ik dook er in. Het was al halverwege de avond en dat had gevolgen voor het verkeer; dat was er nauwelijks. Er was voldoende verlichting en gevaarlijk kon het niet echt worden met de aanwezigheid van een stoep. Het was een leuke ervaring om zo'n lang eind in een tunnel af te dalen en weer te klimmen, van een lichte helling tot het venijn in de staart. En toen reed ik het eiland op. Het begon te schemeren. Voor het eerst kon ik de bewoning waarderen want fietsen door die wereld van water en land om me heen met lichtjes en huisjes, terwijl ik langzaam naar grotere hoogten klom en weer rendieren passeerde, was heel bijzonder (ik weet niet hoeveel rendieren ik inmiddels gezien heb, ik heb ze niet geteld, maar ik ben er vrij zeker van dat het er een x-aantal waren). Ik was nu zover noordelijk geraakt dat het in het noorden niet meer donker werd, maar dat was slechts een reepje aan de horizon (voor de middernachtzon was ik blijkbaar te laat in het seizoen). Net als in de tunnel zat ook op het land het venijn in de staart. Op iedere klim volgde na een daling weer een nieuwe klim. Toen ik om 1.30 uur voor nog weer een nieuwe klim van drie km lang stond, zo'n tien km voor het einde, maakte ik even pas op de plaats. Dit ging nog ruim een uur duren, dan volgde er nog de bezichtiging van de kaap, dan zat ik op 211 km dus móest ik natuurlijk nog minstens vijf km terugrijden om mijn record weer even aan te scherpen, dan moest ik mijn tent opzetten en dan was het... zes uur? Ik stopte ter plekke, zette de tent neer en ging slapen, 201 km was mooi genoeg, die kaap dreef vast niet weg.
Het was een goede beslissing, want het bleef niet bij die klim; het was nog best een taai stukje in de ochtend. Er was niets meer dan gras en stenen. Maar toen kwam er een gebouw in zicht, een parkeerplaats, monumenten. Ik passeerde het bord Nordkapp en reed door tot waar het land ophield. Diep onder mij was zee, en die zee liep door tot de horizon. Ik liet me vereeuwigen bij 'de globe'. Voor mij was dit weer een nieuw einde van de wereld. En ik bereidde me voor op de terugtocht naar een oude start.

  • 14 Augustus 2017 - 14:58

    Erwin:

    Top verhaal. Blijft leuk om je te volgen. En ben nu benieuwd naar je volgende stap.
    Succes, erwin

  • 02 September 2017 - 18:01

    Els:

    Richard het was weer een spannend en mooi verhaal.

    Groetjes,Els

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Noorwegen, Skarsvåg

Per fiets de wereld rond

Solo per fiets (deels ook te voet) de wereld bereizen: het oorspronkelijke idee was om alle continenten te bereizen van het ene naar het andere uiteinde, maar gaandeweg ontstond het plan om mij vooral te richten op de gebieden die mijn speciale interesse hebben, veelal lege gebieden. De focus van de reis lag dan ook niet zozeer op het kennismaken met andere culturen en het opdoen van sociale contacten, maar op het ondergaan van de grootsheid van de natuur, het aangaan van fysieke uitdagingen en het bestuderen van de psychologische effecten van het reizen.

(2012 Testrit Nederland (9 dgn, 1018 km))
(2012 Testrit Nederland - Spanje (37 dgn, 3511 km))

Deel 1
(2013 - 2014): Nederland – Indonesië, via Alpen, Balkan, Turkije, Georgië, Azerbeidzjan, de Kaspische Zee, Kazachstan, Oezbekistan, Kirgizië, China en Zuidoost - Azië
(365 dgn, 23001 km, €12,39 p.d.)

Deel 2
(2014): Australië: Darwin – Port Augusta en “tegen de klok in” naar Perth, afsluiting in Maleisië
(151 dgn, 11444 km, €12,10 p.d.)

Deel 3
(2015): Zuid - Amerika: Ushuaia (AR) – Atacames (EC), deels te voet (276 dgn, 13403 km, €10,23 p.d.)

Deel 4
(2016): Nederland - Japan (Europa, Kazachstan, Kirgizië, Tadzjikistan, Zuid - Korea, Japan met op de 'terugweg' Thailand en Laos) (360 dgn, 22136 km, €10,50 p.d.)

Deel 5
(2017): Nederland - Roemenië, te voet (73 dgn, 2608 km, €10,06 p.d.)

Deel 6
(2017): Noord - Europa (o.a. IJsland, Scandinavië, de Baltische staten en Polen) (130 dgn, 10832 km, €9,63 p.d.)

Deel 7
(2017 - 2018): Zuid - Amerika II (Buenos Aires (AR) - Lima (PE), intermezzo in Mexico, Cuzco (PE) - Albina (SR)) (349 dgn, 21030 km, €12,84 p.d.)

Deel 8
(2018 - 2019): Marokko (Nice (FR) - Dakhla (EH) - Nador (MA)) (104 dgn, 7484 km, €8,63 p.d.)

Deel 9
(2019 - 2020): Afrika (Namibië, Zambia, Tanzania, Malawi, Mozambique, Zimbabwe, Botswana, Zuid - Afrika en opnieuw Namibië) (283 dgn, 17939 km, €11,81 p.d.)

Deel 10
(2020): West - Europa (233 dgn, 11594 km, €11,57 p.d.)

Totaal aantal reisdagen: 2371
Totaal aantal kms: 146.001
Totaal aantal fietsuren: 11651
Totaal aantal nachten wildkamperen: 1198
Totaal aantal overnachtingen in een tent: 1554
Totaal aantal hotels: 342

(Laatste update: 04/10/2020)
_________________

Landen, van meest naar minst favoriet:

1. Argentinië
Als je van fietsen in eindeloze leegtes en prachtige berggebieden houdt en tegen een windvlaag kunt dan is Argentinië wat mij betreft 's werelds beste optie om maandenlang te kunnen genieten van isolement en omgeving.

2. Australië
Wat een strijd was het, tegen vliegen, wind, hitte en immer hellende wegen. Fietsen in de outback doe je niet voor je lol. Maar fietsen hoeft niet altijd leuk te zijn, soms is het de uitdaging die telt. Wat resteert is de herinnering aan dat heroïsche gevecht in die fantastische bak ellende. Mag ik terug?

3. Kazachstan
Aan het steppeavontuur uit 2013 voegde ik drie ervaringen toe: een mooie tocht van Astana naar Bishkek door opnieuw een (grotendeels) leeg stuk Kazachstan, een verregende tocht door een net even te bevolkt hoekje van het land en een aangenaam verblijf van in totaal 12 dagen in Alma - Ata. Kazachstan is voor mij nu niet meer dat onbewoonde land, maar blijft desondanks een van mijn favoriete leegtes.

4. IJsland
Wow, is dit nog dezelfde planeet? Ik zag de meest wonderlijke landschappen en natuurverschijnselen en genoot van het isolement bij het doorkruisen van het eiland. Trotseer wind, kou, regen en vliegen en je wordt rijkelijk beloond.

5. Japan
Drie maanden lang leefde ik buiten, op een weinig gevarieerd dieet, want ik kon er haast niets betalen. Maar dat gaf niet, want Japan staat vol parken met sanitaire voorzieningen en stroom en je mag daar gewoon kamperen. En ook op het strand. Met name de westkust van hoofdeiland Honshu was mooi, van geïsoleerde strandjes tussen zwart gesteente tot kilometerslange zandleegtes met windmolens. Japan is een beschaafd en schoon land dat negativiteit volledig weggeplamuurd heeft. Maar het is ook een verrekt nat land, met al die regen. Of ben ik nu te negatief?

6. Chili
Chili bleek vooral een druilerig land te zijn, maar het heeft een belangrijke troef: de Atacama - woestijn. En dat is de droogste woestijn op aarde, met een gematigde temperatuur; ideaal voor prachtige fietstochten.

7. Namibië
De droge kustregio is fascinerend, met zijn zand - en steenvlaktes en duinen. Andere smaken: rijden tussen de omheiningen van boerenbedrijven, of langs bush met hutten, vee en mensen. Het land heeft ruimte en een uitgebreide infrastructuur, goed voor maandenlang fietsen, en volop voorzieningen zoals supermarkten en campings. Aantrekkelijk fietsland.

8. Kirgizië
Het land van de bergweiden, de valken, de paarden en de yurts. Maar nu ik ook in het zuiden van het land ben geweest, weet ik dat het ook het land is van landbouwgronden, kuddes op de weg en stront, veel stront. Desondanks een zeer interessant fietsland.

9. Tadzjikistan
Komend vanuit Kirgizië was het eerste deel van de Pamir Highway een fantastische ervaring. Highway dient hier niet vertaald te worden met snelweg maar met hoge weg: de hoogste pas lag op 4655m. Nog nooit fietste ik in zo’n hooggelegen woestijn. Toen de daling inzette ging de spanning er wat vanaf en uiteindelijk werd de omgeving alledaags: landbouw, vee, huisjes. Toch werd deze tocht één van de hoogtepunten uit mijn fietsleven.

10. China
Wonderlijk vreemde wereld, totaal verschillend van welk land dan ook. Lelijkheid, lawaai en slechte wegen, maar de mensen, de hooglanden, het eten, de fysieke uitdagingen en de bijzondere ervaringen maken dit alles meer dan goed.

11. Thailand
Spannende badplaatsen, snelle wegen, fraaie tempels en beelden, uitstekende voorzieningen. Thailand heeft het.

12. Maleisië
Mooie spots, goede wegen en voorzieningen, en een aangenaam verblijf in Melaka.

13. Oezbekistan
Warme herinneringen aan hete dagen in het isolement van de steppe. Aan oriëntaalse verblijven met 's werelds meest fantastische ontbijtbuffetten. En aan mijn kortstondige vriendschap met de kinderen van Üchqorgon. Maar ik draaide volledig door in de bewoonde gebieden. Het joelen, het fluiten, het toeteren, fietsende jongens die me opwachtten en traag voor mijn wielen gingen rijden; het maakte me woest. Ik heb kennisgemaakt met de allerzwartste kant van mezelf.

14. Bolivia
Het was een mooie wereld, die Boliviaanse hoogvlakte. Nooit gedacht dat ik me zou begeven in een gebied waar het uiteindelijk - 18 graden zou worden en dat ik daar nog knap probleemloos doorheen zou reizen. Maar halverwege, toen ik van Sucre via Cochabamba naar la Paz reed, werd de wereld om me heen alledaags en zag ik vooral landbouwgebieden.

15. Guyana
Land bij uitstek voor de avonturier. Tussen Lethem en Linden (evenals de overige plaatsen in Guyana tjokvol koloniale historie) liggen honderden kilometers praktisch onbewoond regenwoud met ongeasfalteerde wegen. En met fraaie lodges. Je waant je in het hart van Afrika. De kustroute kan wat claustrofobisch aandoen, iedere 500m rijd je een nieuw dorp binnen.
16. Brazilië
Dit land verraste me, door de variatie in het landschap, zelfs als het om landbouw ging, door het goede ontbijt, door het avontuur op ongeasfalteerde trajecten in de Amazone en in nationale parken. Minpunt: in het droge seizoen wordt veel droge vegetatie verbrand en dat heeft gevolgen voor de luchtkwaliteit.

17. Zuid - Afrika
In een vrij lege uithoek van Zuid - Afrika fietste ik door prachtige landschappen en keek ik 's avonds vaak naar een schitterende hemel. Maar wat staan er extreem veel hekken in dit land!

18. Marokko / Westelijke Sahara
Zeer gevarieerd land, waarin ik vooral woestijn en bergen opzocht. Vriendelijke, behulpzame bevolking. Fraaie architectuur, mystiek en sterrenpracht. Maar... Marokko is een politiestaat en dat kan beklemmende vormen aannemen. Grand frère te regarde. En dat kost Marokko strafpunten.

19. Georgië
Bijzonder mooie trajecten, en bijzonder leuke verblijven in hostels.

20. Vietnam
De vlakke kustroute na die slopende bergen in Noord - Laos, het spontane volk, het Phong Nha Ke Bang National Park en het Easy Tiger hostel, een week in Hoi An... Onverwacht aangenaam land.

21. Laos
Zware trajecten, slechte voorzieningen, uitputting. En bier in Luang Prabang en Vientiane. Dat was tijdens mijn eerste verblijf, in het noorden van Laos. Mijn tweede tocht voerde door de Middeleeuwen in het hart van Laos. Kraampjes, bewoning langs de weg, veel kinderen, vuurtjes. Alleraardigst. Voor een paar weken.

22. Spanje
Mijn eerste grote uitdaging, dwars door het hart van dit land. Bergen, kaal gesteente, meren, uitgestorven dorpjes en een mooi nationaal park. Ook mijn tweede tocht langs de oostkust beviel goed, ondanks de sinaasappelvelden was er genoeg ruimte voor avontuur, m.n. het kamperen bij allerlei soorten ruïnes. Op de derde tocht kriskras door het binnenland had ik gemengde ervaringen: in het zuiden vooral landbouw, in het noorden veel variatie in het landschap.

23. Nederland
Zeer uitgebreid fietsnetwerk en opvallend veel natuur voor zo’n bevolkt land, al zijn provincies als Drenthe, Overijssel en Noord - Brabant geschikter om te fietsen en wildkamperen dan de Randstad.

24. Zuid - Korea
Tot in de puntjes verzorgd land met uitstekende fietsvoorzieningen, en ook nog eens erg aardige mensen. Of: rijstveld met tamme kust, vol werkende en recreërende mensen. Ondanks de zomerse hitte was dit een comfortabel land, maar spanning moet je elders zoeken.

25. Peru
Mijn eerste tocht door Peru die vooral door de Andes liep was een serieuze tegenvaller. Het Andesgebergte bleek ontbost, overbevolkt en beklemmend te zijn; misschien dat slechts 5% van de route door mooie canyons en over lege hoogvlaktes voerde, verder reed ik vooral langs akkers, honden en mensen. Hoe langer ik er fietste, hoe meer Peru een nachtmerrie werd, mede door het zware terrein en de dreiging van beroving. Mijn tweede tocht door de woestijn aan de kust was een geweldige ervaring: een desolate omgeving die tot de verbeelding sprak, goede voorzieningen onderweg en een prettige sfeer. Gemengde gevoelens dus bij dit land.

26. Zweden
Pretentieloos; eindeloze bossen bomvol muggen. En laat ik nou net houden van schier eindeloze stukken natuur met een uitdaginkje.

27. Duitsland
Mijn waardering voor dit land is gegroeid in de loop der jaren. Ik voel me er prettig, de mensen zijn aardig, de voorzieningen zijn goed, er is veel ruimte en veel bos langs de weg om te kamperen.

28. Mexico
Goede voorzieningen op het vasteland, maar de omgeving inspireerde me niet. Bovendien kreeg ik het aan de stok met de luchtvervuiling. Dat was allemaal anders op het prachtige schiereiland Baja California met zijn woestijnen en cactussen. Toch krijgt Mexico net als Cambodja strafpunten vanwege de veiligheidsproblemen waarmee het te kampen heeft.

29. Botswana
Genoeg leegte voor lange ritten in isolement. Zand, struiken en veepoep; met meer variatie in het landschap had dit land hoger geëindigd. Ook nét even te bewoond en teveel prikkeldraad om relaxed te kunnen kamperen.

30. Turkije
Tien meter omhoog, en weer omlaag, omhoog, omlaag, met links en rechts landbouwgrond. Geregeld saai, daar in centraal Turkije. Ik had mijn eerste dip. Maar er waren ook fantastische snelle stukken langs de Zwarte Zee, schitterende berggebieden en vriendelijke mensen.

31. Indonesië
Indonesië pakt je bij je lurven en blijft je door elkaar schudden. Lachend blijft het land prikken met een wijsvinger in je borst: ‘Hello, misteeeeeeeer!’. Na een paar weken dacht ik: ‘Hou daarmee op’. Maar dat kon ik vergeten. Het land dreef me tot op de rand van de waanzin, met name op Java. Maar Indonesië was ook het land waar ik rondfietste alsof ik een popster was, zo vaak wilde de jeugd met mij op de foto. De voorzieningen onderweg waren nergens ter wereld zo goed als hier en ook was er geregeld korting op chique hotelkamers, met een ontbijtbuffet in de ochtend. En op Bali had ik een leuke week in Ubud én in Kuta, tussen de backpackers. Ik kreeg het niet cadeau maar wat resteert is een waardevolle herinnering.

32. Azerbeidzjan
De echte waardering voor dit land kwam pas na een half jaar. De stijgende temperatuur, die lange hete weg naar Baku met links en rechts prairies en spoorlijnen, het verlangen naar de uitdaging in Kazachstan, het verblijf in Baku, wachtend op het moment dat ik de Kaspische Zee kon oversteken. Het drukt de herinnering aan al die aandachttrekkende wegarbeiders naar de achtergrond. Ik denk er met genoegen aan terug.

33. Oostenrijk
Altijd mooi. Maar beide keren dat ik er was, in april en juli, waren zonnige dagen uitzonderingen en regen de norm.

34. Bulgarije
Het was een beetje alsof ik weer in Kazachstan reed. Cyrillisch alfabet, monumenten, pleinen en Sovjetkunst. En: echte natuur. Dat had ik, komend uit olijfgaard Griekenland, gemist.

35. Zwitserland
Mooi, verzorgd land. Wel wat aan de krappe kant, de Zwitserse leefwereld bevindt zich altijd tussen twee bergwanden.

36. Zimbabwe
Prima verblijf in Harare en Bulawayo, ruimte voor rust en cultuur. Soms mooie natuur, met grote stenen in het landschap. Financieel is dit land een uitdaging, met zijn gebrek aan contant geld. Gastvrije mensen, maar ook veel gestaar.

37. Suriname
Tropisch land vol fascinerende herinneringen aan Nederland en ook veel gesprekken met leuke mensen, in het Nederlands. Een serieus probleem echter zijn de vele branden die er woeden, met een desastreuze invloed op de luchtkwaliteit en de leefbaarheid.

38. Zambia
Vier weken fietste ik door dit land, maar heb ik het ook gezien? Mijn zicht werd namelijk nogal beperkt door struiken en bomen langs de weg. Wat wel indruk maakte waren de Victoria Falls, de gastvrijheid van de mensen en de sfeervolle lodges.

39. Kroatië
Schitterende afdaling naar de kust, mooi zicht op de vele eilanden. Leuke avond op een camping in wording, aan een meer. Maar ook veel regen.

40. Montenegro
Lang was ik er niet, maar toch maakte dit bergstaatje indruk. De omgeving maar ook de mensen. Gratis op de camping, aangeboden fruit. Leuk.

41. Noorwegen
De laaggelegen delen van Noorwegen konden me niet zo bekoren omdat Noren overal in de natuur lukraak hun tweede huis neerzetten; ik kreeg het idee dat ik door een eindeloos bungalowpark reed. Maar ik reed ook over hoogvlaktes met resten sneeuw en keek er mijn ogen uit.

42. Slovenië
Imponerende entree in een nationaal park, komend vanuit een hoekje van Italië. Leuke nacht op een camping. Eerste hostel in Ljubljana, veel contact met medereizigers.

43. Cambodja
Mooie ervaringen, met name de overnachtingen bij NGO’s en in een bamboehut. Maar wel steeds die donkere wolk van dreigende onveiligheid.

44. Frankrijk
Lange aaneenschakeling van rotondes. Maar toch ook mooie natuur, stille dorpen en stijlvolle vrouwen.

45. Denemarken
Alleraardigste gratis kampeerstekken met eenvoudige voorzieningen. Verder vlak, winderig en met een tamelijk bewoonde kuststrook (veel woningen in de duinen).

46. België
Wat België zo interessant maakte voor mij was de mogelijkheid om lange stukken rechtuit te fietsen, hetzij op of langs provinciale wegen, hetzij langs kanalen (jaagpaden). Wildkamperen is er ook vrij goed te doen.

47. Portugal
Interessant waren de kust en het Parque Natural da Serra da Estrela. Verder is Portugal toch vooral een verzameling valleitjes vol honden.

48. Tsjechië
Praag blijft een mooie stad. Verder had ik vooral te maken met een glooiend landschap met geregeld bos en soms een dorp. Prima land om doorheen te trekken, maar niet speciaal.

49. Slowakije
Glooiend landschap met geregeld bos en soms een dorp. Prima land om doorheen te trekken, maar niet speciaal.

50. Polen
Landbouw, bossen waarin het goed kamperen is, en de voorzieningen zijn in orde. Wel veel glas op de weg en dronkenschap.

51. Hongarije
De tocht door een waterrijk natuurgebied bleef hangen, evenals de liederlijke bevolking bij mijn entree in het land. Prima land om doorheen te trekken, maar niet speciaal.

52. Italië
Tuinbouwgebied met honden.

53. Griekenland
Olijfgaard met honden.

54. Mozambique
Doodzonde. Dit had één van de mooiste fietslanden op aarde kunnen zijn. Een Australië zonder overdreven veel vliegen of hitte. Maar Mozabikanen steken graag hun natuur in brand. Dat is hun goed recht, het is hun land. Maar ik hoef die zwartgeblakerde aarde niet te zien. Doei.

55. Malawi
De soms prachtige lodges aan Lake Malawi redden de eer van dit land. Want de routes zijn saai, de lucht is ongezond, het is er druk en nergens kwam ik kinderen tegen die vervelender waren dan in dit armoedige land.

56. Tanzania
Veel accommodatie, vaak in orde. Zeer goedkoop land ook. Vleugje avontuur in bossen vol tseetseevliegen. Wel een land waar bijna niets te krijgen is, waar smakeloos eten geserveerd wordt, waar overal land in brand staat en slechte muziek klinkt en waar ik nergens een oord aantrof met een beetje sfeer. Tanzania is armoedig en zonder enige franje.

57. Ecuador
Enorm gevarieerd land: jungle, duinen, bergen, polders, plantages. Toch slaat de meter door naar de verkeerde kant. Eigenlijk is het gewoon een druk, lawaaiig en onveilig ontwikkelingsland.

58. Finland
In potentie een interessant land met veel bossen en meren. Maarja, het regent er permanent. Mijn tocht veranderde in een vluchtpoging.

59. Roemenië
Mijn verblijf in Boekarest was geweldig en ook andere steden waren aangenaam om te vertoeven. Maar wat ben ik geschrokken van het platteland. Het staren, het bedelen, de valse honden, in een decor met paardenkarren en lijkstoeten. Was dit Europa anno 2017? Of had dit land eigenlijk tussen Armenië en Azerbeidzjan moeten liggen? Er waren ook mooie ervaringen met behulpzame en vrijgevige mensen, maar het beeld van een sterk achtergebleven land bleef hangen.

60. Albanië
Sterk vervuild, achtergebleven, Kaukasus - achtig landje in een anoniem hoekje van Europa. Curieuze nachten op een Nederlandse camping, met een ‘huurmoordenaar’ en ‘maffiabaas’ in een hostel en in mijn tent voor het hotel van een innemend pisventje. Toch een beetje een domper, dit land.

In Bosnië, Hongkong, Singapore, Luxemburg, Monaco, Estland, Letland, Litouwen, Andorra en Liechtenstein fietste ik te kort om een oordeel te kunnen geven.

Grootste dagafstand
01 Haccourt (BE) - Hellevoetsluis (NL) - 31/07/2020 257,51 km
02 Vittangi (SE) - Grens FI - NO (FI) - 08/08/2017 215,20 km
03 Coober Pedy (AU) - Glendambo (AU) - 08/09/2014 209,15 km
04 Kempele (FI) - Viitasaari (FI) - 26/08/2017 203,77 km
05 Alta (NO) - Nordkapp (NO) - 11/08/2017 201,30 km
06 Dorotea (SE) - Sorsele (SE) - 02/08/2017 191,15 km
07 Akçakale (TR) - Arhavi (TR) - 12/06/2013 184,71 km
08 Probollingo (ID) - Gilimanuk (ID) - 15/03/2014 182,76 km
09 Hellevoetsluis (NL) - Kluisbergen (BE) - 28/04/2012 179,82 km
10 Noordwolde (NL) - Houten (NL) - 14/08/2020 178,27 km

Grootste dagklim
01 Buena Vista - Canta (PE) - 28/03/2018 2389m
02 Huara (+13km) - Huara (+73km) (CL) - 07/07/2015 2246m
03 Vilar Seco - Covilhã (PT) - 25/03/2020 2212m
04 Baiyangxiang - Baiyangxiang (+70km) (CN) - 07/10/2013 2202m
05 Fiesch - Tavanasa (CH) - 17/07/2020 2140m
06 Valdelosllanos - Los Molinos (ES) - 04/03/2020 2076m
07 El Pla de Sant Tirs (ES) - Vaychis (FR) - 08/07/2020 2012m 0
8 La Poma - Abra del Acay (+13) (AR) - 14/01/2018 1980m
09 Yuanyang (+15km) - Luchun (+5km) (CN) - 16/10/2013 1905m
10 Los Molinos - Navalmoral de la Sierra (ES) - 05/03/2020 1874m

Langste fiets - /loopdag (excl. pauzes)
01 Haccourt (BE) - Hellevoetsluis (NL) - 31/07/2020 15:02:00
02 Alta (NO) - Nordkapp (NO) - 11/08/2017 14:51:23
03 Vittangi (SE) - Grens FI - NO (FI) - 08/08/2017 14:17:17
04 Dorotea (SE) - Sorsele (SE) - 02/08/2017 13:12:08
05 Haurvig (DK) - Svankaer (DK) - 12/07/2017 12:17:35
06 Noordwolde (NL) - Houten (NL) - 14/08/2020 12:01:00
07 Junin ( - 32km) (PE) - Huánuco ( - 82km) (PE) - 31/08/2015 11:46:00
08 Matasaru (RO) - Boekarest (RO) - 15/04/2017 11:45:32
09 Nyjidalur airport (IS) - Thorisvatn (IS) - 26/06/2017 11:43:40
10 Talavera (ES) - Navalvilar (ES) - 22/02/2020 11:35:00

Hoogste pas
01 Abra del Acay (AR) - 14/01/2018 4895m
02 Paso de Jama - San Pedro de Atacama (CL) - 05/02/2018 4831m
03 Abra Pirhuayani (PE) - 15/07/2018 4725m
04 Abra Yanashalla (PE) - 04/09/2015 4720m
05 Ak - Baital pas (TJ) - 17/06/2016 4655m

Langste verblijf land
01 Argentinië - 149 dagen (5x bezocht)
02 Portugal - 127 dagen (2x bezocht)
03 Australië - 123 dagen (1x bezocht)
04 Peru - 115 dagen (3x bezocht)
05 Chili - 112 dagen (4x bezocht)

Langste verblijf stad
01 Nabainhos (PT) - 92 dagen (1x bezocht)
02 Boekarest (RO) - 16 dagen (2x bezocht)
02 Upington (ZA) - 16 dagen (2x bezocht)
04 Bishkek (KG) - 15 dagen (5x bezocht)
05 Paramaribo (SR) - 14 dagen (3x bezocht)

Langste onafgebroken reeks fiets-/loopdagen (halve dag: 1,75 - 5,25 uur, hele dag: 5,25 uur of meer)

01 Málaga (ES) - Douro (PT) - 2020 32,5d (3290 km)
02 Fukuoka (JP) - Miyako ( - 42km) (JP) - 2016 30d (2538 km)
03 Hellevoetsluis (NL) - Praag (CZ) - 2017 26,5d (1033 km, te voet)
04 Trelew (AR) - San Rafael (AR) - 2017 25d (2265 km)
05 Nabainhos (PT) - Feldkirch (AT) - 2020 23d (2622 km)
06 Mazatlan (MX) - Mexicali (MX) - 2018 21,5d (1933 km)
07 Sorgues (FR) - Manfredonia (IT) - 2016 20,5d (1757 km)
08 Roda de Bera (ES) - Bouarfa (MA) - 2018 20,5d (1696 km)
09 Manaus (BR) - Georgetown (GY) - 2018 20,5d (1597 km)
10 Bouarfa (MA) - Dakhla (EH) - 2018/2019 19,5d (2257 km)

Langste onafgebroken reeks wildkampeernachten (kamperen op niet-toegewezen plekken en zonder gebruikmaking van douche of elektriciteit)
01 Castro Verde (PT) - Douro (PT) - ‐ - 2020 27x
02 Hellevoetsluis (NL) - Praag (CZ) - 2017 26x
03 Nabainhos (PT) - Feldkirch (AT) - 2020 23x
04 Praag (CZ) - Debrecen (HU) - 2017 19x
05 San Rafael (AR) - Cafayate (AR) - 2017/2018 19x
06 El Chalten (AR) - Coyhaique (CL) - 2015 18x
07 Buenos Aires (AR) - Trelew (AR) - 2017 18x
08 Puerto Montt (CL) - Malargüe (AR) - 2015 17x
09 Darwin (AU) - Alice Springs (AU) - 2014 16x
09 Hellevoetsluis (NL) - Sorgues (FR) - 2016 16x

Langste onafgebroken reeks tentovernachtingen
01 Darwin (AU) - Perth (AU) - 2014 123x
02 Mutoko (ZW) - Karasburg (NA) - 2019 96x
03 Fukuoka (JP) - Osaka (JP) - 2016 79x
04 Kristiansand (NO) - Hellevoetsluis (NL) - 2017 74x
05 Igoumenitsa (GR) - Sofia (BG) - 2016 39x
06 Hellevoetsluis (NL) - Manfredonia (IT) - 2016 38x
06 Keflavik (IS) - Keflavik (IS) - 2017 38x
08 Aus (NA) - Opuwo (NA) - 2019 36x
09 Windhoek (NA) - Monze (ZM) - 2019 35x
10 Nabainhos (PT) - Hellevoetsluis (NL) - 2020 35x

Langste onafgebroken reeks dagafstanden >= 100 km
01 Vilariça (PT) - Feldkirch (AT) - 2020 18x (2164 km)
02 Warschau (PL) - Hellevoetsluis (NL) - 2017 11x (1442 km)
03 Hellevoetsluis (NL) - Sorde de l'Abbaye (FR) - 2012 10x (1465 km)
04 Hellevoetsluis (NL) - Nørre Rubjerg (+2km) (DK) - 2017 10x (1243 km)
05 Tumpen (AT) - Hellevoetsluis (NL) - 2020 9x (1165 km)
06 Bouanane ( - 40) (MA) - Assa ( - 17) (MA) - 2018/2019 9x (1010 km)
07 Faset ( - 33km) (NO) - Jokkmokk ( - 15km) (SE) - 2017 8x (984 km)
08 B'xiang (+70km) (CN) - Yuanyang (+15km) (CN) - 2013 8x (970 km)
09 Kununurra (+90km) (AU) - Broome ( - 20) (AU) - 2014 8x (931 km)
10 Kulgara (+85km) (AU) - Afsl. B55 Wilmington (AU) - 2014 7x (895 km)

Recente Reisverslagen:

08 November 2020

De bij voorkeur absurdistische titel

08 Oktober 2020

Een honds verlangen naar kwark

11 September 2020

Groningen leeuwvrij!

16 Augustus 2020

De uiige zeeëend

21 Juli 2020

Europees kampioen motorwerpen
Richard

Actief sinds 16 Feb. 2013
Verslag gelezen: 890
Totaal aantal bezoekers 298095

Voorgaande reizen:

03 April 2013 - 22 September 2020

Per fiets de wereld rond

31 Oktober 2020 - 30 November -0001

Wederwaardigheden in een klein bestaan

Landen bezocht: