De terugkeer naar mijn leest
Door: Richard van Dijke
Blijf op de hoogte en volg Richard
07 Februari 2017 | Nederland, Hellevoetsluis
Ik had geen zin meer in het gedoe. Naar Schiphol rijden voor een reis naar een ander continent; de fiets in een doos verpakken, een vlucht, een lang oponthoud, nog een vlucht, gedoe met een fiets die door een scanner moet, misschien nog wel een vlucht, doodmoe arriveren op een vervelend laat tijdstip, de fiets rijklaar maken… En daarom vertrok ik gewoon uit de achtertuin en fietste de straat uit. Opnieuw naar Azië fietsen om de landen te bezoeken die ik eerder liet liggen, ja, dat leek óók gewoon een goed plan. Maar toen ik door die kou zuidwaarts reed door Europa dacht ik vaak: ‘En dit is géén gedoe? Naar Zuid-Europa fietsen voor een beetje zon? Ik had gewoon naar Kaapstad moeten vliegen’. Europa, met name Italië en Griekenland, bleven nadat ik het doorkruist had in mijn herinnering hangen als een tuinbouwgebied met honden. Maar toen ik op luchthaven Suvarnabhumi in Bangkok terugkeek naar de foto’s was Europa toch meer dan dat. Bivak in de sneeuw. Franse kazen als lunch met ijskoude cola. De nationale parken in Italië. De barre, geïsoleerde punt van het Griekse vasteland. De vluchtelingenstromen. En die omslag in Bulgarije, met zijn Sovjet-karakter en wilde natuur. Het verrassend mondaine Boekarest. En in ieder land naar Lidl kunnen. Ja, ik ben een Lidl-junk. Het verschil tussen een reguliere supermarkt en Lidl komt bij mij neer op huilend naar buiten komen met een brood en twee koekjes (en tien euro armer) resp. stralend naar buiten komen met een tas vol salami’s, blikken chili con carne, pinda’s, chocoladekoekjes, cola, brood, groente, kazen en nog 34 producten (en tien euro armer).
In Boekarest viel het niet mee om een Kazachstaans visum te bemachtigen voor 60 dagen en dus koos ik voor 30 visumvrije dagen bij aankomst. Dat betekende wel dat er een streep ging door de tocht van Aktau naar het oosten, dat lukte nooit in 30 dagen. In plaats daarvan werd het een tocht vanuit Astana naar het zuiden. Het deed mij deugd om te vernemen dat een jonge, fitte, gedreven fietser onlangs gepoogd heeft het ‘van Aktau naar Bishkek in 60 dagen’-plan ten uitvoer te brengen en door de abominabele staat van de wegen in westelijk Kazachstan de trein heeft moeten nemen om tijdig het land te verlaten; dit betekende dat ik ontsnapt was aan een onzalig plan. In Alma-Ata bereidde ik mijn tocht door Mongolië voor maar mijn dromen over isolement sneuvelden door verhalen over criminaliteit, dronkenschap en andere hinderlijkheden. Ik weet nog steeds niet helemaal zeker of ik er goed aan gedaan heb het land te schrappen. Maar toen ik over de Pamir Highway in Tadzjikistan reed ontwikkelde zich een interessant inzicht. Sommige landen zijn gewoon minder geschikt om alleen en op eigen kracht te bereizen. Reizen per fiets wordt vaak bejubeld, want ‘je hoort alles, je ruikt alles en je ziet veel meer details’. Maar zodra er teveel op je af komt en zodra je voelt hoe vogelvrij je bent kan dat intense contact met de buitenwereld juist beklemmend worden. India, Iran en veel Afrikaanse landen lijken mij interessante reisbestemmingen, maar je zou er de buitenwereld ‘uit’ of ‘laag’ moeten kunnen zetten op momenten dat je daar behoefte aan hebt. Dat kan door per auto of motor te reizen en/of in gezelschap: je raampje kan omhoog, je kan je motor laten ronken of je verschuilen achter je reisgenoten als het even te veel wordt. Mongolië is, mede door de gebrekkige infrastructuur, misschien óók wel een land dat beter per motor of rallywagen bereisd kan worden.
Door Mongolië te schrappen was er meer ruimte voor Zuid-Korea en Japan en dat kwam me goed uit want het zijn aantrekkelijke fietslanden. Terwijl de laatste herinneringen aan stijlvol geklede Françaises vervaagden stond ik plots in een land waar alle vrouwen onder de 40 jaar in een korte broek liepen. Behalve een andere visie op mode was er in deze hoek van de wereld ook een ander idee over beschaving. Niets is er verboden want mensen weten uit zichzelf hoe je je wel en niet gedraagt in een maatschappij. Alles mag want niemand misbruikt de geboden vrijheid. En dat werkt heel bevrijdend. En dan die overweldigende beleefdheid en vriendelijkheid van Japans winkelpersoneel en de hoffelijkheid in het verkeer, het werkt zeer aanstekelijk en voor je het weet ben je zelf ook 24 uur per dag blij en aardig.
De terugkeer naar Thailand en de uitgebreide visa run in Laos vormden een aangenaam slot van de reis. Een reis die op sommige momenten wankele momenten kende, tijdens het rekken van de tijd in de saaie Peloponnesos omdat het verderop op de route nog te koud was, of tijdens de twijfels over Mongolië, maar het is een reis die absoluut een succes is geworden.
Tijd voor wat statistieken.
Ik was een jaar minus één week onderweg, inclusief de dag van aankomst is dat 360 dagen. Ik hield er de regel op na dat ik, zolang mijn fietsloopbaan duurde, iedere jaarwisseling in het buitenland wilde doorbrengen, en daarom vertrok ik vlak voor 2016 begon en wilde ik eindigen vlak na de start van 2017. Maar omdat ik een punt zette achter mijn fietsloopbaan én vanwege het feit dat ik na 365 dagen onverzekerd rond zou fietsen, stopte ik pal voor de feestdagen.
Ik legde op deze reis 22.136 km af en de totaaltelling staat, na een grondige controle van alle gegevens vanaf 2012, op 74.572 km. Ik tel 1.733 fietsuren, 209 hele fietsdagen (5u15 of meer*), 81 halve (1u45 – 5u15) en 70 dagen waarop niet of weinig (<1u45) gefietst werd.
Ik bracht 271 nachten in mijn tent door waarvan 16 op een camping en 3 in een hosteltuin, en verder 82 nachten in een betaalde kamer of een woning (waarvan 1x nieuwbouw in Italië, 10x bij Horia in Boekarest, 1x Koreaans mannenhuis, 1x bij Thaise politie en de laatste nacht thuis), 2 op een boot, 2 in een vliegtuig en 3 op een luchthaven. De voorzieningen bij het wildkamperen waren in Zuid-Korea en Japan vaak zo goed, dat ik het niet meer met goed fatsoen ‘wildkamperen’ kon noemen. Ik schrapte de nachten waarin ik de beschikking had over een douche en/of stroom en kwam daarmee op 203 wildkampeernachten.
(* Uitgaande van een werkdag van 7 uur bedraagt een halve werkdag 3,5 uur. De grens tussen een halve en hele werkdag ligt dan op 5 uur en 15 minuten; de grens tussen een halve en geen werkdag op 1 uur en 45 minuten.)
Lijst 1. De landenlijst, van meest naar minst favoriet.
Herinneringen aan echte avonturen zijn kostbaarder dan herinneringen aan comfort. En dus gaan de landen waar het zo aangenaam fietsen was het in de rangschikking niet winnen van de landen waar ik strijd moest leveren. Lang leve de Grote Leegtes. Landen die ik in 2016 aandeed zijn dikgedrukt en landen waar ik kortstondig fietste zijn niet in de lijst opgenomen.
1. Argentinië
Al was mijn fiets niet kapot geweest dan had ik nog veel moeten lopen vanwege die absurd krachtige wind. Maar het deerde me niet. Zelden voelde ik me zo gelukkig als in het lege Patagonië. Wekenlange tochten, alleen door de pampa’s. Argentinië was zeg maar echt mijn ding.
2. Australië
Wat een strijd was het, tegen vliegen, wind, hitte en immer hellende wegen. Fietsen in de outback doe je niet voor je lol. Maar fietsen hoeft niet altijd leuk te zijn, soms is het de uitdaging die telt. Wat resteert is de herinnering aan dat heroïsche gevecht in die fantastische bak ellende. Mag ik terug?
3. KAZACHSTAN
Aan het steppeavontuur uit 2013 voegde ik drie ervaringen toe: een mooie tocht van Astana naar Bishkek door opnieuw een (grotendeels) leeg stuk Kazachstan, een verregende tocht door een net even te bevolkt hoekje van het land en een aangenaam verblijf van in totaal 12 dagen in Alma-Ata. Kazachstan is voor mij nu niet meer dat onbewoonde land, maar desondanks een van mijn favoriete leegtes.
4. JAPAN
Drie maanden lang leefde ik buiten, op een weinig gevarieerd dieet, want ik kon er haast niets betalen. Maar dat gaf niet, want Japan staat vol parken met sanitaire voorzieningen en stroom en je mag daar gewoon kamperen. En ook op het strand. Met name de westkust van hoofdeiland Honshu was mooi, van geïsoleerde strandjes tussen zwart gesteente tot kilometerslange zandleegtes met windmolens. Japan is een beschaafd en schoon land dat negativiteit volledig weggeplamuurd heeft. Maar het is ook een verrekt nat land. Of ben ik nu te negatief?
5. KIRGIZIË
Het land van de bergweiden, de valken, de paarden en de yurts. Maar nu ik ook in het zuiden van het land ben geweest, weet ik dat het ook het land is van landbouwgronden, kuddes op de weg en stront, veel stront.
6. Chili
Chili bleek vooral een druilerig land te zijn, maar het heeft een belangrijke troef: de Atacama-woestijn. En dat is de droogste woestijn op aarde. Mijn eerste echte woestijn, en wat was het er mooi.
7. TADZJIKISTAN
Komend vanuit Kirgizië was het eerste deel van de Pamir Highway een fantastische ervaring. Highway dient hier niet vertaald te worden met snelweg maar met hoge weg: de hoogste pas lag op 4655m. Nog nooit fietste ik in zo’n hooggelegen woestijn. Toen de daling inzette ging de spanning er wat vanaf en uiteindelijk werd de omgeving alledaags: landbouw, vee, huisjes.
8. China
Wonderlijk vreemde wereld, totaal verschillend van welk land dan ook. Lelijkheid, lawaai en slechte wegen, maar de mensen, de hooglanden, het eten, de fysieke uitdagingen en de bijzondere ervaringen maken dit alles meer dan goed.
9. THAILAND
Spannende badplaatsen, snelle wegen, fraaie tempels en beelden, uitstekende voorzieningen. Thailand heeft het.
10. Maleisië
Mooie spots, goede wegen en voorzieningen, en een aangenaam verblijf in Melaka.
11. Oezbekistan
Warme herinneringen aan hete dagen in het isolement van de steppe. En aan mijn kortstondige vriendschap met de kinderen van Üchqorgon. Maar ik draaide volledig door in de bewoonde gebieden. Het joelen, het fluiten, het toeteren, de vele fietsers die me opwachtten en traag voor mijn wielen gingen rijden; het maakte me woest. Ik heb kennisgemaakt met de allerzwartste kant van mezelf.
12. Bolivia
Nooit gedacht dat ik me zou begeven in een gebied waar het uiteindelijk -18 graden zou worden en dat ik daar nog knap probleemloos doorheen zou rijden. Het was een mooie wereld, die Boliviaanse hoogvlakte. Maar halverwege werd het saai. Bah, akkers.
13. Georgië
Bijzonder mooie trajecten, en bijzonder leuke verblijven in hostels.
14. Vietnam
De vlakke kustroute na die slopende bergen in Noord-Laos, het spontane volk, het Phong Nha Ke Bang National Park en het Easy Tiger hostel, een week in Hoi An. Onverwacht aangenaam land.
15. ZUID-KOREA
Tot in de puntjes verzorgd land met uitstekende fietsvoorzieningen, en ook nog eens erg aardige mensen. Of: rijstveld met tamme kust, vol werkende en recreërende mensen. Ondanks de zomerse hitte was dit een comfortabel land, maar spanning moet je elders zoeken.
16. LAOS
Zware trajecten, slechte voorzieningen, uitputting. En bier in Luang Prabang en Vientiane. Dat was tijdens mijn eerste verblijf, in het noorden van Laos. Mijn tweede tocht voerde door de Middeleeuwen in het hart van Laos. Kraampjes, bewoning langs de weg, veel kinderen, vuurtjes. Alleraardigst. Voor een paar weken.
17. Azerbeidzjan
De echte waardering voor dit land kwam pas na een half jaar. De stijgende temperatuur, die lange hete weg naar Baku met links en rechts prairies en spoorlijnen, het verlangen naar de uitdaging in Kazachstan, het verblijf in Baku, wachtend op het moment dat ik de Kaspische Zee kon oversteken. Het drukt de herinnering aan de honderden hinderlijk schreeuwende wegarbeiders naar de achtergrond. Ik denk er met genoegen aan terug.
18. Turkije
Omhoog, omlaag, omhoog, omlaag. Geregeld saai, daar in centraal Turkije. Eerste dip. Maar ook fantastische snelle stukken, schitterende berggebieden en vriendelijke mensen.
19. Oostenrijk
Altijd mooi. Maar het kan veel mooier, en zonniger. In de zomer bijvoorbeeld.
20. BULGARIJE
Alsof ik al een beetje in Kazachstan reed. Cyrillisch alfabet, monumenten, pleinen en Sovjetkunst. En: echte natuur!
21. Kroatië
Schitterende afdaling naar de kust, mooi zicht op de vele eilanden. Leuke avond op een camping in wording, aan een meer. Maar ook veel regen.
22. Montenegro
Lang was ik er niet, maar toch maakte dit bergstaatje indruk. De omgeving maar ook de mensen. Gratis op de camping, aangeboden fruit. Leuk.
23. Slovenië
Imponerende entree in een nationaal park, komend vanuit een hoekje van Italië. Leuke nacht op een camping. Eerste hostel in Ljubljana, veel contact met medereizigers.
24. Cambodja
Mooie ervaringen, met name de overnachtingen bij NGO’s en in een bamboehut. Maar wel steeds die donkere wolk van dreigende onveiligheid.
25. FRANKRIJK
Lange aaneenschakeling rotondes. Maar ook mooie bossen, dorpen en vrouwen.
26. Duitsland
Mooi land, maar niet in april. Ik wilde vooral zo snel mogelijk zuidwaarts, naar de zon. Weg met die vorst en regen. Wel een voortreffelijk aanbod in supermarkten.
27. ITALIË
Tuinbouwgebied met honden. Gelukkig wel veel Lidl-vestigingen.
28. GRIEKENLAND
Olijfgaard met honden. Gelukkig wel veel Lidl-vestigingen.
29. Albanië
Sterk vervuild, achtergebleven, Kaukasus-achtig landje in een anoniem hoekje van Europa. Curieuze nachten op een Nederlandse camping, met een ‘huurmoordenaar’ en ‘maffiabaas’ in een hostel en in mijn tent voor het hotel van een innemend pisventje. Beetje een domper, dit land.
30. Ecuador
Enorm gevarieerd land: jungle, duinen, bergen, polders, plantages. Toch slaat de meter door naar de verkeerde kant. Eigenlijk is het gewoon een druk, lawaaiig en onveilig ontwikkelingsland.
31. Indonesië
Indonesië pakt je bij je lurven en blijft je door elkaar schudden. Lachend blijft het land prikken met een wijsvinger in je borst: ‘Hello, misteeeeeeeer!’. Na een paar weken dacht ik: ‘Hou daarmee op’. Maar dat kon ik vergeten. Het land dreef me tot op de rand van de waanzin.
32. Peru
Doe wat je wilt in Peru maar plan er geen grote fietstocht. Het Andesgebergte bleek saai, overbevolkt en beklemmend te zijn. Op de alternatieve routes door Amazone en langs de kust wordt je opgewacht door lieden die je graag van je bezittingen ontdoen. Peru is een nachtmerrie.
In de nu volgende lijstjes zijn de gegevens van vorige fietsreizen buiten beschouwing gelaten. Daar waar RECORD vermeld staat betreft het een record sinds de start van mijn fietscarrière.
Statistisch gegeven: Kosten per dag voor eten, onderdak en kleine aankopen
Geregeld werd bevoorrading voor het ene land gedaan in het voorafgaande land en dat vertekent de uitgaven per land behoorlijk. Daarom deze keer geen lijst met bedragen per land. Gemiddeld gaf ik 10,50 p/d uit aan accommodatie, voedsel, lokale ferries en klein materiaal. Daarmee is de trend gekeerd, voor het eerst ben ik duurder uit dan op de vorige reis. Duidelijk werd dat dure landen feitelijk goedkoop zijn omdat uitgaven ernstig beperkt worden (Japan, 10,16 p/d) en goedkope landen duur uitvallen omdat alles toch ‘niets’ kost. En zo werd Thailand mijn duurste land (13,94 p/d).
Statistisch gegeven: Goedkoopste betaalde overnachting
Tijdens mijn eerste verblijf in Alma-Ata (Kazachstan) betaalde ik in het Amigo Hostel 3,88 euro voor een arbeiderskamer met een stapelbed, naast de keuken.
Statistisch gegeven: Duurste overnachting
Mijn laatste verblijf in Zuid-Korea, het Grand Motel in Busan, kostte me 27,36 euro per nacht. Aan de nog hogere prijzen in Japan heb ik me niet gewaagd.
Lijst 2. Grootste afstand op één dag.
1. Phanom Sarakham (-12km) - Bangkok (-19km) (THA) 17-12-2016: 135 km
Laatste volledige fietsdag van deze reis.
2. Alma-Ata - Kenen (-25km) (KAZ) 24-5-2016: 132 km
Laatste volledige dag in Kazachstan.
3. Nakhon Ratchasima (+53km) - Phanom Sarakham (-12km) (THA) 16-12-2016: 131 km
Een-na-laatste volledige fietsdag van deze reis.
Lijst 3. Meeste fietsuren op één dag.
1. Phanom Sarakham (-12km) - Bangkok (-19km) (THA) 17-12-2016: 10u15
Laatste volledige fietsdag van deze reis, met dwaaltocht in het donker.
2. Donghae (+1km) - Uljin (ZKO) 18-07-2016: 9u37
Vroege start, late stop.
3. Vasilitsi (-3km) - Stoupa (-2km) (GRI) 07-03-2016: 9u33
Incl. urenlange speurtocht naar slaapplaats in olijfboomland.
Lijst 4. Langste ononderbroken fietsperiode.
1. Fukuoka - Miyako (-42km) (JAP) 26 hele en 8 halve dagen = 30 dagen (RECORD)
2. Sorgues (FRA) - Manfredonia (+9km) (ITA) 19 hele en 3 halve dagen = 20,5 dag
3. Balkhash - Alma-Ata (KAZ - KIR - KAZ) 15 hele en 2 halve dagen = 16 dagen
Lijst 5. Langste ononderbroken wildkamperiode (in tent, geen expliciete toestemming, geen douche of stroom in nabijheid).
1. Hellevoetsluis (NED) - Sorgues (FRA) 16 nachten
2. Arenzano (+1km) - Manfredonia (+9km) (ITA) 14 nachten
3. Igoumenitsa - Palouki (GRI) 13 nachten
Incheon - Ulsan (-25km) (ZKO) 13 nachten
Lijst 6. Meeste hoogtemeters op één dag.
1. Sosnovka (+8km) - Suusamyr (-30km) (KIR) 28-05-2016: 1621m
2. Monemvasia (+11km) - Pyrgondi (-1km) (GRI) 12-03-2016: 1601m
3. Peschici (-6km) - Manfredonia (-4km) (ITA) 07-02-2016: 1458m
En verder: kortstondige uitputting in Tadzjikistan en Laos, mijn eerste aanrijding met een auto uit een smal zijstraatje in Japan (een aanrijding die zo onbeduidend was dat hij mijn dagboek niet haalde), en wederom geen (tropische) ziekte. En de dappere Bart-Jan die ik ontmoette op de Pamir Highway; hij was komen lopen vanaf Istanbul. Hij is tot Bishkek gekomen en vloog net als ik destijds naar Hongkong voor een Chinees visum. Maar hij kreeg ‘m niet. Zijn tocht liep dood en hij besloot nog enige tijd in Zuid-Korea en Taiwan door te brengen alvorens terug te keren naar Nederland in december. Het doet me denken aan de vele gefnuikte reisplannen van de fietsers aan wie een Iraans visum geweigerd werd. Per boot of vliegtuig moesten zij Iran omzeilen resp. omvliegen. En als ik denk aan de Pamir Highway denk ik ook terug aan Jenny. Als ik haar een derde keer ontmoet zou hebben zouden er dingen 'fout' zijn gegaan.
‘Wat heb je nou geleerd van al die jaren fietsen?’, vroeg iemand mij laatst in de kroeg. Dat is eigenlijk geen vraag voor in de kroeg, dat is eerder een vraag waar je een middag voor moet gaan zitten achter je pc.
‘De wereld is vol’, antwoordde ik, ‘in ieder geval veel voller dan ik vooraf dacht.’ Dat was het eerste dat in me opkwam. Je wordt namelijk belazerd door landkaarten. Je ziet grote vlekken, dat zijn steden, je ziet kleine vlekken, dat zijn dorpen, en daartussen lopen wegen. Bij de rest van de kaart denk je: ‘Dat zal dan wel natuur zijn’. Maar dat is fout. Om de kaart overzichtelijk te houden worden mensen, honden, schapen en huizen niet weergegeven. Waar asfaltwegen zijn wonen doorgaans mensen en al het land is in gebruik. Als ergens geen mensen wonen voel je vaak precies waarom dat is: je moet gaan lopen omdat de wind te krachtig is, je moet uit de zon weg omdat je je raar begint te voelen, je tenen dreigen te bevriezen of je krijgt bij 30 graden geen haringen in de grond. Leegtes zijn leeg omdat mensen er niet willen wonen door extreme hitte, kou, wind of droogte. En leegtes waar bruikbare wegen doorheen lopen zijn eigenlijk best schaars. En dus fiets je veel vaker door bewoond gebied dan je op basis van een landkaart zou denken.
Fietsen is meestal een compromis. Wil je geasfalteerde wegen dat moet je de mensen, de honden en de akkers erbij nemen. Wil je leegte om je heen dan betekent dat ontberingen doorstaan, en stuiteren over keien, of er is überhaupt geen weg. En geen voorzieningen.
Ik hield de beantwoording van de vraag beperkt, daar in de kroeg. Nu ik achter mijn pc zit wil ik er wat uitvoeriger op ingaan.
‘Ik wil mijn grenzen leren kennen’, zeggen mensen vaak als ze een groot (fysiek) avontuur aangaan. Dan gaat het over fysiek uithoudingsvermogen en over mentale weerbaarheid. Die grenzen heb ik ook ontdekt en overschreden. In Laos, Australië en Peru stortte ik in elkaar en in Oezbekistan en Indonesië draaide ik door. Maar ik heb ook andere lichamelijke grenzen ontdekt. Van sommige is het bestaan ‘logisch’, andere grenzen zijn minder evident. Een logische fysieke grens zit er aan gewichtsverlies. De kilo’s vliegen eraf met al die grote inspanningen en beperkte porties eten onderweg. Streefgewichten van weleer veranderen in onrealistisch aandoende hoge getallen. Maar ergens stopt die gewichtsduikeling uiteraard. Slechts bij ernstige uithongering duik je nog dieper onder dat minimumgewicht.
Een andere begrenzing zit er op spiergroei. Je krijgt niet alsmaar indrukwekkender kuiten en dijen naarmate je meer jaren fietst. Ja, er zijn zeker mensen die forse dijen hebben ontwikkeld door het fietsen, maar ook die zullen na een jaar geen vooruitgang meer zien onder gelijkblijvende omstandigheden.
Conditie, ook zoiets. Dat gaat met sprongen vooruit als je ineens dagelijks gaat fietsen. Maar ook daar houdt op een bepaald moment de vooruitgang onder gelijkblijvende arbeid op.
En alsmaar bruiner worden, als je altijd maar in de zon fietst? Nee, ook niet. Lichtbruin word ik, meer niet. Er is blijkbaar een genetisch bepaalde grens aanwezig die voorkomt dat ik me ooit succesvol kan verstoppen vóór een grote plak pure chocola.
Wat ik ook geleerd heb is dat een reis een afspiegeling is van jezelf. Er is een clichébeeld dat het reizen bol staat van interacties met locals, van culturen leren kennen, vrienden maken, lokaal voedsel uitproberen en kamperen op de mooiste plekken. Maar je eigen reis lijkt veel meer op jezelf dan op dat cliché. Als je niet avontuurlijk bent zal je reis weinig avontuur kennen. Als je een kieskeurige eter bent dan gaat het in veel landen wel meevallen met die gretigheid om de ‘cuisine locale’ te leren kennen. Luxepaardjes rijden opvallend lang rond met een tent die nog in de verpakking zit. En ben je introvert dan valt het wel mee met al die contacten onderweg. ‘Als je alleen reist kom je veel makkelijker in contact met de bevolking’. Dat is het diepst ingesleten cliché. Voor de één waar, voor de ander complete onzin, afhankelijk van de persoonlijkheid.
Van twee verschillende Nederlandse wereldfietsers verscheen vorig jaar kort achter elkaar een interview in de media en onafhankelijk van elkaar deden ze dezelfde opvallende uitspraak: het fietsen is feitelijk helemaal niet zo belangrijk, het gaat om de manier van leven die mogelijk wordt door het fietsen. En zo denk ik er ook over. Het gaat vooral om de vrijheid, om je leven volledig zelf vorm te kunnen geven, om te kunnen genieten van de aspecten die horen bij dat leven zoals het kamperen, natuur, ontmoetingen, pauzeren op een bankje en een hele vlaai met slagroom opeten (calorieën gaan direct de oven in). En door onthouding op allerlei fronten (voedsel, vocht, goed weer, slaapcomfort) kun je ook intens genieten als je iets aangenaams ten deel valt. Zon betekent zóveel meer na drie dagen door de regen fietsen dan wanneer je het drie dagen buiten hebt zien regenen, aan de andere kant van het glas.
Het fietsen zelf hoeft dus lang niet altijd leuk te zijn, dat wordt aan alle kanten gecompenseerd, zelfs al is het alleen maar door de voldoening achteraf over de prestatie die je verricht heb. Pas als alle bijkomstigheden niet voldoende compensatie meer bieden wordt het tijd voor een verandering.
Ten slotte wil ik melding maken van een eigenaardig fenomeen. Ik heb het eerder ter sprake gebracht maar had niet gedacht dat het tot in lengte van dagen voort zou duren. Hoe meer je in afzondering leeft van de buitenwereld, hoe meer je te maken krijgt met jezelf, en met dat wat omgaat in je hoofd. Dat klinkt logisch. In isolatie zoeken je hersenen een bezigheid en daarom rakelen ze van alles op. Maar vreemd genoeg hebben ze een voorkeur voor herinneringen uit de kinderjaren en de puberteit. Misschien zijn die herinneringen beter vastgelegd. Aan mijn allerjongste lezertjes met fietsaspiraties zou ik daarom willen zeggen: ‘Zo, ben jij al vier? Zorg je wel dat je het een beetje leuk hebt de komende 15 jaar? Want je krijgt het allemaal weer op je boterham’. Ik ben blij dat mijn boterham des levens aangenaam belegd is.
En verder moet je alle ideeën die je tijdens ingrijpende reizen ontwikkelt wantrouwen, ook al zien ze er nog zo goed uit. Sommige reizigers ontwikkelen ineens de wens om familiebanden heel stevig aan te halen, anderen krijgen plots een kinderwens, of ze willen een eigen bedrijf starten. Weer anderen willen alsnog een jeugddroom verwezenlijken en muzikant worden.
Het was zo’n doordacht plan, ontwikkeld in de loop van anderhalf jaar, dus bepaald geen gril. Maar wat er op de tekentafel zo goed uitzag, waaide omver in de eerste storm. Motivatie, discipline en doorzettingsvermogen laten zich niet zonder meer overzetten naar een nieuwe levensfase.
Ik ga nog veel muziek beluisteren. Soms ga ik zelfs meezingen, als niemand het hoort. Verdere muzikale aspiraties duw ik voortaan de kop in. Ik zal de schoenmaker zijn die bij zijn leest blijft. En dus ben ik gedoemd om te blijven dwalen, maar ik schik mij in mijn lot.
Het is geen gemakkelijke periode geweest. Het doet iets met je als een nieuwe stap in het leven geen goede stap blijkt te zijn. Er moest een nieuw reisplan komen. Maar wederom had ik geen zin in ‘het gedoe’. Tijdens een reis laat je je probleemloos van alles welgevallen, maar vanuit je comfortabele thuisbasis wordt het een heel ander verhaal. Zo vatte ik het plan op om op eigen kracht vanuit de punt van schiereiland Baja California in Mexico naar pakweg Seattle te reizen, maar om op die punt te kunnen starten moet ik vier vluchten nemen en twee maal overnachten op een luchthaven (om visumtechnische redenen kon ik niet via de VS vliegen). Het kwam neer op een reis van 60 uur. Ik pikte voor de aardigheid een willekeurig eiland midden in de stille oceaan en ontdekte dat je sneller daar zit dan op Baja California. Zestig uur vliegen en wachten trek ik niet.
Er sneuvelden nog meer plannen. En mijn somberheid kon ik niet adequaat duiden. Zat er teveel tegen? Of zat ik te lang in mijn ‘hostel’ en heb ik het buitenleven gewoon weer nodig om me goed te voelen? Of is er onbewust juist weerstand ontwikkeld tegen een vertrek? Uiteindelijk weet ik niets beters dan gewoon maar te vertrekken. Wederom vanuit de achtertuin. In plaats van fietsen ga ik lopen om de reis een ander karakter te geven dan voorheen. Mijn fiets neem ik wel mee als pakezel. Mocht mijn rug, die bij lange wandelingen problemen kan geven, de tocht niet aankunnen dan kan ik de pedalen monteren en alsnog gaan fietsen. Globaal richtpunt: Odessa, aan de Zwarte Zee. Maar het verloop is onzekerder dan ooit. Het belangrijkste is om weer ‘in the flow’ te komen. Om in beweging te zijn, om de hersenactiviteit in te tomen na al die overuren en weer wat helderheid te krijgen. Misschien wordt het heroïsch, misschien wordt het een sneue boel en denk ik: ‘Ik had gewoon naar Kaapstad moeten vliegen’. Of thuis moeten blijven. Maar ik weet dat ik op moeilijke momenten tot aan Moldavië een vlaai kan scoren bij Lidl.
Bloggus meus vivit (mijn blog leeft voort).
-
08 Februari 2017 - 13:42
Corriebeutewesterhof:
Je levensverhaal in vogelvlucht.dankje dat we het mogen volgen.succes op je pad van nu -
08 Februari 2017 - 20:59
Anita:
Hoi Richard,
Goede reis, mooi weer en veel plezier. Hartelijk dank voor je verhaal. Ik heb ervan genoten!
Grtz,
Anita -
09 Februari 2017 - 08:30
Martijn Meijer:
Mooi! Zet hem op. Gelukkig ben je niet gaan zingen :-) -
09 Februari 2017 - 16:17
Wim Arkenbout:
Wat een verhaal zeg....
Deze ervaringen heb ik graag gevolgd en kunnen ze niet meer afnemen, moet je maar denken !
grtjs<
Wim -
10 Februari 2017 - 12:59
Sylvia Bakker:
Heb genoten van je mooie reisverhaal . Van je moeder kreeg ik dit blogadres . Globaal heeft ze over je ervaringen verteld , maar wilde het zelf ook graag lezen ! Heel veel succes en een goede reis !
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley